Soundtrackcity
  • English
  • Nederlands

Openingswoord Maurits de Hoog Sound as citymaker in ARCAM

Maurits de Hoog sprak het openingswoord bij de expositie Sound as city maker in ARCAM. De expositie presenteerde de resultaten van het onderzoek Crowdsourcing Mr. Visserplein. Hieronder lees je de transcriptie. Maurits vraagt zich hardop af “Hoe klinkt Amsterdam?” en breekt een lans voor verder onderzoek en een positieve houding ten opzichte van geluid binnen planning en ontwerp.

Openingswoord van Maurits de Hoog – stedebouwkundige bij de gemeente Amsterdam

“In stadsontwikkeling speelt de akoestische waarde van de publieke ruimte nauwelijks een rol. Bij het ontwerp van de publieke ruimte wordt niet meegenomen hoe een plein of straat uiteindelijk zal klinken.”

Dat is inderdaad heel opvallend. Bij het ontwerp van de stad komen allerlei aspecten van de stad langs: maten, gebruik, licht, kleur, materiaal, beplanting. Vertaal je dat naar de zintuigen dan gaat het vooral om onze ogen, een beetje voelen. Geur, wind en geluid spelen een ondergeschikte rol in het ontwerp.

Tegelijkertijd is geluid in ons werk bij de gemeente ook juist weer heel erg aanwezig. Geluid speelt een dominante rol in de planning in de vorm van geluidhinder en geluidoverlast. Er is een kaart van Amsterdam en de regio met alle geluidsbronnen: schiphol, wegen, treinen, industrie, metro – landscape of hell.

Geluid werpt allerlei beperkingen op – naast luchtvervuiling, plofrisico’s, veiligheid et cetera. Een heel negatieve invalshoek. En dat geldt ook voor de geluidoverlast van de toeristenstroom en de horeca.

Kun je dit ook omdraaien? Ik vond het een enorme eye-opener om een paar van de soundtracks op deze tentoonstelling te horen en met Michiel en Renate te praten over de mogelijkheden om geluid een belangrijker rol te geven.

Hoe klinken steden, hoe klinkt Amsterdam en hoe maken we nieuwe plekken die goed klinken: prettige gevoelens oproepen, vrolijkheid en rust brengen, herinneringen oproepen, identiteit geven.

In filmmuziek en in achtergrondgeluid bij films wordt dit vaak clichématig benaderd. We herkennen Parijs van het geroezemoes van de terrassen, accordeonmuziek, toeterende auto’s. En je hoort De Cock in een Baantjerfilm door Amsterdam lopen met een vergelijkbaar geroezemoes, een draaiorgel en de westertoren op de achtergrond.

We kennen ook allemaal de onderdoorgang onder het Rijksmuseum en de piano’s op de stations; maar hoe klinkt Amsterdam?

Een groot deel van de stad kent door de kenmerkende gesloten bouwblokken een prettig contrast tussen straten en binnenterreinen. De doorgaande straten in de ‘blokkenstad’ – Ferdinand Bol, Jan Eef, van Wou, Kinkerstraat, Rozengracht, Linnaeusstraat – hebben een speciaal karakter, met de winkels, bredere stoepen, wandelaars, fietsers en de tingelende trams! Met de markten zijn deze ‘stadsstraten’ heel kenmerkend voor het geluid van Amsterdam.

Er is ook een ander Amsterdam, de stad van de eilanden en het water. We zitten er hier middenin – de waterstad van de oostelijke binnenstad, het IJ, het oostelijk havengebied en de haven. Dit is een heel dynamische stad met enorme veranderingen en heel specifieke kwaliteiten. Mijn eerste herinneringen aan geluid in Amsterdam is staal-op-staal op de ADM- en NDSM-werven waar mijn vader een tijdje werkte. Dat geluid is goeddeels verdwenen, maar wind, schepen, auto’s, treinen, viaducten, toeters, bruggen, veren, spelen hier nog steeds een superbelangrijke rol.

In Zürich is akoestische kwaliteit door de inspanningen van Trond Maag en Andres Bosshard een belangrijker ontwerp- en planningsitem geworden. Daarbij gaat het dan niet alleen om het vermijden van fouten en het optimaliseren van geluid, maar ook om ‘urban sound planning’. Dat is enorm inspirerend.

Het Mr. Visserplein is nu een merkwaardige stedelijke ruimte met allerlei geluiden en betekenissen. Die zijn hier mooi en verrassend gedocumenteerd.

Michiel, Renate, Edda, Arcam, gefeliciteerd met dit resultaat – ik hoop dat veel mensen van de gelegenheid gebruik maken om te komen luisteren.

In de komende jaren – onder het nieuwe college van B&W – zal het Mr. Visserplein ongetwijfeld op de schop gaan – eindelijk, er valt hier heel wat te repareren!

Ik hoop dat jullie tentoonstelling er aan bijdraagt dat we daarbij niet automatisch terugvallen op het idee van de blokkenstad, maar kijken en luisteren naar de specifieke kwaliteiten van de ruimte op deze plek.

Maurits de Hoog